Verbinden in Oost – Debat 1
29 januari 2017
Verbinden in Oost – Debat 3
29 januari 2017

Verbinden in Oost – Debat 2

Datum: vrijdag 25 februari 2011
Tijdstip: 18.00 uur – 21.00 uur
Locatie: Stadsdeelkantoor Oost
Debatleider: Khalid Boutachekourt
Thema: Discriminatie en verharding van de samenleving: wat te doen?

Fatima Elatik (stadsdeelvoorzitter Oost) opent het debat, dat is georganiseerd door het stadsdeel in samenwerking met stichting Argan. Vandaag wordt het thema discriminatie en verharding besproken. Fatima geeft aan dat zij als stadsdeelvoorzitter regelmatig mailtjes krijgt van mensen die last hebben van discriminatie, scheldpartijen of geweld op straat. Ze vraagt zich hardop af of dit weg te schrijven valt als incidenten, of dat er daadwerkelijk sprake is van structurele verharding en discriminatie in het stadsdeel. Stadsdeel Oost acht het hoe dan ook van belang om niet te wachten tot het te laat is. Met deze debattenreeks komt het onderwerp uitgebreid aan de orde, en brengt de mogelijkheid om het sociaal beleid van het stadsdeel te verrijken met de kennis van bewoners en deskundigen. Het debat van vanavond kent twee delen. In het eerste deel wordt er besproken in hoeverre er sprake is van discriminatie en verharding, en zo ja, op welke manier. Het tweede deel is gericht op het aanleveren van concrete bouwstenen voor het sociaal beleid van het stadsdeel. Het debat wordt gestart met een filmpje met prikkelende beelden met betrekking tot het thema, waarna de speciale gasten als eerst de mogelijkheid krijgen om te reageren.

Introductie gastsprekers

Halim el Madkouri: programmamanager bij FORUM. Hij geeft aan dat er wel degelijk gediscrimineerd wordt in Amsterdam. Het valt hem op dat daders niet inzien wat discriminatie doet met slachtoffers. Dat maakt hem kwaad.

Alice Hoes: werkzaam bij stichting Discussiëren Kun Je Leren. Wat discriminatie betreft stelt ze dat het duidelijk moet zijn dat dit een zaak is die niet alleen de politiek aangaat, maar de gehele maatschappij. Het is van groot belang dat iedereen betrokken wordt in het maatschappelijke debat over dit onderwerp.

Dennis Boutkan : voorzitter van het COC. Het valt hem op dat het de laatste tijd ontbreekt aan respect voor elkaar. Wat discriminatie betreft stelt hij dat het in de aard van de mens zit om naar je eigen groep toe te blijven trekken. Hij vindt dat de overheid normerend moet optreden aangaande sociale omgangsvormen, ook al kan dit belerend overkomen.

Mellouki Cadat: senior adviseur leefbaarheid bij MOVISIE en woont zelf ook in Oost. Hij zet het onderwerp als volgt uiteen: 1. Er zijn wel degelijk problemen in de buurt 2. er is daarentegen meer begrip tussen groepen dan de meeste mensen denken 3. het stadsdeel kan een positieve rol in het geheel spelen. Hij durft het aan om zijn overpeinzing te delen: het stadsdeel moet laten zien dat we liefde voor elkaar mogen voelen.

Ellie Lust: voorzitter van Roze in Blauw en woordvoerster van politie Amsterdam-Amstelland. Zij geeft aan dat ze niet vaak genoeg kan benadrukken dat burgers aangifte doen bij de politie en/of melding maken bij het Meldpunt Discriminatie als ze het gevoel hebben gediscrimineerd of beledigd te zijn.

Gespreksleider Khalid Boutachekourt opent het groepsdebat met de prikkelende vraag of er überhaupt wel sprake is van discriminatie en verharding in het stadsdeel.

Floris van den Berg (raadslid Leefbaar Oost) geeft aan niet te snappen wat verharding is en ook discriminatie niet als een probleem te zien. Hij heeft de sfeer in de stad sinds begin jaren tachtig alleen maar zien verbeteren. Hij stelt dat je wel zou kunnen spreken van ‘kleine discriminatie’ in de zin van mensen die op basis van een andere achtergrond niet met elkaar om willen gaan. Hierop wordt door verschillende mensen met emotie gereageerd. Er wordt gesproken over polarisatie in de samenleving en afgenomen verdraagzaamheid. Ook worden er verschillende voorbeelden gegeven van mensen die op basis van achtergrond zijn uitgesloten van het een of ander. Een echtpaar vertelt over het feit dat ze met hun gezin het huis uitgezet is. Ze stellen dat dit komt door discriminatie vanuit verschillende hoeken. Een buurtgenoot van het echtpaar bevestigd dit verhaal en geeft aan dat het onzinnig is om onderscheid te maken tussen ‘kleine’ en ‘grote’ discriminatie. Wat in dit geval begon met ‘kleine discriminatie’ heeft bijvoorbeeld vergaande gevolgen. Ook Dennis Boutkan vindt dat alle discriminatie erg is en bestreden dient te worden. Het heeft persoonlijke gevolgen voor het slachtoffer en leidt tot verwijdering tussen groepen.

Een bewoner oppert dat het van belang is om uit te zoeken waarom mensen discrimineren. Hierop wordt door verschillende gereageerd. Zo wordt er een voorbeeld gegeven door een jonge vrouw die merkt steeds minder lastiggevallen te worden als ze in Oost in een rokje over straat loopt. De samenleving is maakbaar stelt ze; ook bijvoorbeeld meisjes met een hoofddoek of jongens met een bontkraag zullen zich in de toekomst meer geaccepteerd kunnen voelen. Nu zullen ze zich vaak bekeken voelen. Een andere bewoner geeft aan dat mensen zelf ook een hoop kunnen doen op het moment dat er heftig op hen gereageerd wordt. Discriminatie is wat dat betreft niet statisch. Bewoonster en activiste Saar Boerlage geeft aan dat er breder gekeken moet worden. Zo onderschat de overheid het aantal groepen die gediscrimineerd worden vaak. Een bekende ‘vergeten groep’ in deze zijn ouderen.

De gespreksleider introduceert een stelling om het onderwerp discriminatie te verdiepen: Belediging moet een recht zijn.

Ellie Lust gaat wat uitgebreider in op haar eerder genoemde punt dat het van belang is dat er aangifte gedaan kan en moet worden van belediging. Dit is strafbaar, hoewel het per persoon verschilt wat als belediging wordt ervaren. Het gaat erom dat er op wat voor manier dan ook in gesprek wordt gegaan wanneer iemand zich beledigd voelt. Alice Hoes geeft aan dat het van groot belang is om bij kinderen te beginnen, aangezien zij de toekomst zijn. Met het werk van Discussiëren Kun Je Leren wordt getracht kinderen bewust te maken van wat dingen die je zegt voor invloed kunnen hebben op de ander. Er wordt een video getoond waarin een debatworkshop voor scholieren in beeld wordt gebracht. Een laatste opmerking over belediging komt van Julia van Rijn (predikant Muiderkerk). Zij stelt dat gebruiken van alle bevolkingsgroepen op de hak genomen mogen worden. Er wordt echter een duidelijke grens overschreden wanneer een groep structureel wordt aangepakt.

Het valt op dat verschillende aanwezigen met een oplossing tegen discriminatie en verharding komen waar de overheid geen directe rol in heeft. Astrid Kuiper (deelraadslid Groenlinks) geeft een voorbeeld van een situatie waarin zij als buurtbewoner verbaasd was over het gebrek aan initiatief van omstanders in het reageren op asociaal gedrag van een persoon. Het aanspreken van buurtgenoten op hun gedrag maakt dat de straat zichzelf opvoedt. De vraag die al snel gesteld wordt, is wat er veranderd is. Vroeger was er altijd wel een buurvrouw die zonodig hangend uit het raam gedrag verbaal corrigeerde. Een buurtbewoner stelt dat het goed zou zijn wanneer de overheid zou zorgen dat buurtgenoten minder snel verhuizen. Dat zou goed zijn voor de sociale cohesie. Twee andere aanwezigen geven aan dat de overheid in deze wel degelijk een belangrijke rol heeft. Mensen moeten zich verbonden en veilig voelen om het gesprek aan te durven gaan. Zeker wanneer er een confrontatie aangegaan wordt, moet men de garantie hebben dat de overheid naast hen staat en ondersteuning biedt.

Naast het ‘elkaar aanspreken’ wordt er ook gewezen op het belang van het elkaar leren kennen. In het cliché ‘onbekend maakt onbemind’ zou een grote waarheid schuilen. Het stadsdeel kan faciliteren in de wederzijdse kennismaking van de verschillende bevolkingsgroepen. Zo komt een van de aanwezige bewoners met het idee om het project op wereldreis in eigen stad van jaren geleden nieuw leven in te blazen. Dit hield in dat bijvoorbeeld brugklassers op bezoek gaan bij het COC, moskeeën synagogen, kerken, enzovoort. Dennis Boutkan en Alice Hoes geven het belang weer van het voorlichten van kinderen en jongeren over homoseksualiteit. Vooral bij scholieren met een Marokkaanse achtergrond zou er veel onbegrip en ongefundeerde haat jegens homoseksuelen zijn. Met voorlichting is veel begrip te winnen. Hier wordt door Ellie Lust (op persoonlijke titel) aan toegevoegd dat het zeker van belang is om de jeugd voor te lichten. Het stadsdeel zou er echter goed aan doen om hen indirect en wel via hun idolen te bereiken. Halim el Madkouri benadrukt de rol van opvoedondersteuning in het tegengaan van verharding van de samenleving. Zo zou hij willen dat het gewoon wordt dat wanneer een minderjarige opgepakt wordt, hier ook altijd de ouders meteen worden meegenomen.

Tenslotte voegt Saar Boerlage de daad bij het woord door enkele mede-aanwezigen aan te spreken op hun gedrag. Ze stelt dat het goed is dat er hardop wordt uitgesproken dat men homoseksuelen accepteert. Echter zou het beter zijn als zij, als opvoeders, zouden zeggen: ik zou het niet erg vinden wanneer mijn dochter lesbisch zou zijn.

Afsluiting

Afsluitend geeft de stadsdeelvoorzitter aan dat er veel besproken is, maar dat er helaas niet zodanig gedebatteerd is dat er meer concrete voorstellen geformuleerd konden worden. Wel zijn er belangrijke onderwerpen besproken. Fatima Elatik wil benadrukken dat alle input zo mogelijk wordt gebruikt om u als bewoner het beter naar de zin te maken. Daarnaast geldt tegelijkertijd dat een betere samenleving bij jezelf begint. Er wordt opgeroepen om bij de volgende beslist geen blad voor de mond te nemen. Voor de kwaliteit van het debat is het positief wanneer de aanwezige durven te zeggen waar het op staat.

Voor de foto’s van dit debat, klik hier.